Direct naar inhoud

Instellingen

    AI en arbeidsmarkt: technologie als brug naar gelijke kennis

    In de serie ‘AI en de arbeidsmarkt’ laten we diverse experts van binnen én buiten UWV aan het woord over hun perspectief op de impact van kunstmatige intelligentie (AI) op werk en inclusiviteit. Welke kansen biedt AI voor een inclusieve arbeidsmarkt? In deze editie: Milena Nikolova.

    Wie is Milena Nikolova

    Prof. dr. Milena Nikolova is een vooraanstaande gelukseconoom aan de Rijksuniversiteit Groningen. Haar vakgebied is the Economics of Happiness, dat technieken en methoden uit de econometrie en economie gebruikt om vormen van welvaart en welzijn te onderzoeken die verder gaan dan alleen inkomsten of bruto binnenlands product (BBP).

    In 2019 initieerde Nikolova een onderzoek naar robots en geluk dat in 2024 werd gepubliceerd. Dit project verdiepte haar interesse in de effecten van nieuwe technologieën op de arbeidsmarkt. Niet alleen qua baanaantallen en inkomens, maar ook wat betreft werkkwaliteit en zingeving.

    Wat zijn de risico's en uitdagingen van AI-toepassingen op de arbeidsmarkt?

    ‘Geen van de technologische ontwikkelingen uit onze geschiedenis hebben geleid tot massale werkloosheid, ondanks dat dit elke keer werd voorspeld. Sterker nog, 60% van de werknemers werkt nu in banen die in 1940 nog niet bestonden (zie artikel New Frontiers: The Origins and Content of New Work, 1940–2018, red). We weten dat technologische ontwikkelingen de hoeveelheid werk – de kwantiteit – en de salarissen van mensen over het algemeen en op de lange termijn niet negatief beïnvloeden. Dan is de vraag belangrijk of technologie ons werk zinvoller maakt, of zij een negatieve of positieve invloed heeft op onze mentale gezondheid en of of ze de mate beïnvloedt waarin we tevreden zijn over ons werk. Oftewel: wat is de invloed op de kwaliteit van ons werk?

    Alle vorige technologische vooruitgang was geconcentreerd op het automatiseren van routinematige en codeerbare taken die we tot dan toe zelf uitvoerden: machines hebben meer draagkracht dan de mens, de rekenmachine voert cognitieve routinetaken beter uit dan de mens. Wij kunnen dat allemaal wel, maar de machine, computer of robot doet het sneller en efficiënter dan wij.

    Met kunstmatige intelligentie zien we voor het eerst in de geschiedenis een technologie die informatie op nieuwe manieren verbindt, om tot inzichten te komen waartoe we zelf niet in staat zijn. AI is nu gefocust op het nabootsen en overtreffen van menselijke capaciteiten, in plaats van ze te vergroten. Dit kan leiden tot een situatie waarin technologie menselijke arbeid vervangt, in plaats van deze te ondersteunen en te verbeteren. Daarmee wordt onduidelijker welke banen mensen in de toekomst zullen hebben. Zijn dat banen waarin wij beter zijn dan AI en is het zinvol en hoogwaardig werk? Dan is dat goed nieuws. Maar als wij overblijven met een afvoerputje van betekenisloze taken die AI simpelweg niet kan doen, dan kunnen de gevolgen van AI negatief zijn voor het individu en voor de samenleving.’

    Quote

    ‘Als angst voor technologie wordt overwonnen, zijn er kansen om inclusiviteit te verbeteren’

    ‘Kwaliteit van werk is cruciaal. En AI kan daar een belangrijke rol in spelen. Kwaliteit van werk is gelinkt aan productiviteit, aan inzet, aan verzuim, aan het algemeen functioneren van een bedrijf, de economie en de samenleving. Gaat door AI de kwaliteit van werk omlaag, dan kan dit ons duur komen te staan. De kosten van een lage werknemersbetrokkenheid, dus een gebrek aan inzet, worden geschat op negen triljoen dollar per jaar: 9% van het wereldwijde bruto binnenlands product, volgens het internationaal onderzoeksbedrijf Gallup. De mentale gezondheidskosten zijn ongeveer een triljoen dollar per jaar, volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO).’

    Welke kansen biedt AI voor een inclusievere arbeidsmarkt?

    ‘Economen van verschillende Amerikaanse universiteiten deden onderzoek naar de inzet van AI in twee verschillende casussen: bij klantenservicemedewerkers en bij softwareontwikkelaars. In beide gevallen concludeerden de wetenschappers dat AI helpt om de prestatiekloof te verminderen tussen de meest ervaren en de minst ervaren werknemers. Dit betekent dat AI een krachtige tool kan zijn om ongelijkheid in kennisniveau te verminderen. Goed nieuws voor inclusie, want AI kan bijvoorbeeld mensen helpen om te re-integreren op de arbeidsmarkt. Of gemarginaliseerde groepen of mensen met een afstand tot een arbeidsmarkt snel op niveau krijgen met meer ervaren, sterk presterende werknemers.

    Dat gezegd hebbende, blijkt uit onderzoek uitgevoerd in Denemarken, Noorwegen en de VS dat vrouwen over het algemeen huiverig zijn voor AI. Ze zijn veel meer geneigd om het niet te vertrouwen en niet te gebruiken. Dit kan samenhangen met het feit dat veel AI-systemen vooroordelen bevatten; deze algoritme-bias is overal geconstateerd en gedocumenteerd. Dat komt doordat AI voornamelijk ontwikkeld wordt door één bepaalde demografie: witte mannen. En ik kan me voorstellen dat hierdoor ook andere gemarginaliseerde groepen terughoudend zijn om deze technologieën te gebruiken, uit angst voor discriminatie of oneerlijke behandeling. Dat is een probleem en verkleint weer de kans dat AI de kenniskloof dicht. Als die angst voor technologie wordt overwonnen, dan zijn er kansen om inclusiviteit te verbeteren.’

    Hoe zorgen we dat er niemand achterblijft?

    ‘Scholing is essentieel. Onderzoek wijst uit dat voor elke euro die je investeert in AI-technologie, je negen euro moet investeren om de vaardigheden te verbeteren van mensen die met die technologie werken. Volgens verschillende toonaangevende economen hebben mensen veel meer onderwijs en training nodig dan dat nu wordt geboden, om te zorgen dat ze kunnen profiteren van AI in plaats van erdoor vervangen te worden.

    Daarnaast is een democratische adoptie van technologie cruciaal om angst voor AI te voorkomen. Dat betekent dat werknemers betrokken moeten worden bij beslissingen over de eigenschappen van AI en implementatie ervan. Dat blijkt uit onderzoek rondom het effect van robots op de werkvloer. Als werknemers bang zijn om verschillende technologieën te gebruiken, is dat vaak omdat er een grote afstand is tussen het management en de medewerkers. Nodig je werknemers bijvoorbeeld uit om mee te denken over de eigenschappen van de technologie, dan heerst er minder angst en weerstand en kan technologie de kwaliteit van hun werk verbeteren.’

    Welke concrete stappen zijn nodig van verschillende stakeholders?

    ‘Het is aan overheden om programma's voor een leven lang leren te financieren en werkgevers prikkels te bieden om werknemers bij te scholen in technologische ontwikkelingen. UWV kan als brug fungeren door het verbinden van werknemers – zowel actief werkenden, inactieven als kwetsbare groepen – met passende opleidingsmogelijkheden. Door alle betrokkenen samen te brengen en informatie te delen, zorgt UWV dat niemand achterblijft bij technologische veranderingen op de arbeidsmarkt.’

    Werkgevers moeten de technologie democratisch invoeren, in samenspraak met de werknemers. Werknemers moeten hun onderhandelingspositie gebruiken om te vechten voor de kwaliteit van hun werk. Hoe meer machines en AI menselijke arbeid vervangen, hoe groter de kans is dat werknemers hun onderhandelingsmacht verliezen en afhankelijk worden van de eigenaren en ontwikkelaars van de technologie. Dit is een van de belangrijkste boodschappen uit het boek 'Power & Progress' van de recente Nobelprijswinnaars Daron Acemoglu en Simon Johnson.

    AI-ontwikkelaars zouden minder kunnen focussen op het menselijker maken van AI, en meer op het vergroten van menselijke capaciteiten, in plaats van ze te vervangen. Denk aan een systeem dat verpleegkundigen helpt bij het monitoren van patiënten door vitale functies te analyseren en afwijkingen direct te signaleren. Hierdoor kunnen zij zich meer richten op persoonlijke zorg en emotionele steun. AI vergroot zo de capaciteit van zorgverleners door data te verwerken en analyses te maken, terwijl verpleegkundigen verantwoordelijk blijven voor menselijke interacties en besluitvorming. De AI vervangt hen niet, maar ondersteunt hen in betere zorgverlening. Daarnaast zouden ontwikkelaars er goed aan doen om vrouwen en minderheden meer te betrekken bij het ontwerp van de technologie, zodat die ook voor hen aantrekkelijk is om te gebruiken.

    Tot slot hebben wij als wetenschappers een cruciale rol in het communiceren over AI-ontwikkelingen. Het is onze taak om dit op een evenwichtige en informatieve manier te doen, zonder mensen af te schrikken. Want we weten dat wanneer mensen afgeschrikt worden, ze geneigd zijn technologie te wantrouwen en te vermijden. Dit kan leiden tot een ongewenste kloof tussen mens en machine en dat is behoorlijk gevaarlijk. Vooral gezien het feit dat we niet kunnen, en niet moeten stoppen met technologische vooruitgang.’

    Over de illustratie bij dit artikel

    In deze serie verkennen we de kansen en beperkingen van AI. Dit hebben we ook gedaan bij het maken van de illustratie. Het beeld boven dit artikel is deels gemaakt door een mens (verbeeld door de persoon achter de computer) en deels gegenereerd door AI (het beeld op de monitor).

    Lees ook het achtergrondartikel 5 vragen over de hervorming van het arbeidsongeschiktheidsstelsel.

    Ontvang maandelijks UWV Magazine

    Meer van dit soort artikelen lezen? Meld u aan voor de nieuwsbrief van UWV Magazine en ontvang waardevolle artikelen over arbeidsmarkt en sociale zekerheid in uw inbox.

    Mogen wij u kort nog wat vragen over uw chatgesprek?