Een werknemer die (deels) wordt ontslagen of van wie het contract niet wordt verlengd, heeft recht op een transitievergoeding. Er zijn uitzonderingen. Bijvoorbeeld bij ontslag vanwege het bereiken van de AOW-leeftijd.
Een werknemer die zelf ontslag neemt, heeft geen recht op een transitievergoeding.
Op rijksoverheid.nl staat meer informatie over wanneer een werknemer recht heeft op een transitievergoeding, en wanneer niet.
De hoogte van de transitievergoeding hangt af van de tijd dat de werknemer in dienst was. En wat de werknemer verdiende. Er geldt een wettelijk maximum van € 98.000 bruto. Of 1 bruto jaarsalaris, als dit hoger is.
De Rijksoverheid heeft een rekenhulp transitievergoeding.
Een werknemer heeft recht op een transitievergoeding als dit geldt:
- De werknemer is ten minste 20% minder uren gaan werken.
- Dit is naar verwachting blijvend.
- Het gedeeltelijke ontslag is vastgelegd in een contract.
Bij deels ontslag wordt de transitievergoeding berekend over de uren dat de werknemer minder is gaan werken.
Werkgevers kunnen in 2 situaties de transitievergoeding vergoed krijgen:
- De werknemer is ontslagen na 2 jaar arbeidsongeschiktheid.
- De werknemer is ontslagen bij een klein bedrijf dat stopte vanwege overlijden of pensioen van de werkgever. Wij moeten dan wel voor ten minste 1 werknemer een ontslagvergunning hebben gegeven. Of de kantonrechter moet ten minste 1 arbeidsovereenkomst hebben ontbonden.