De afgelopen jaren is de mismatch tussen vraag en aanbod van sociaal-medische beoordelingen sterk gegroeid. Eind 2021 wachtten er 12.000 mensen te lang op een WIA-beoordeling. De gemiddelde wachttijd is opgelopen tot 18 weken, waar de wettelijke termijn acht weken is. Daarnaast wachtten eind 2021 ook nog eens 12.000 mensen te lang op een aangevraagde herbeoordeling. Zonder ingrijpen blijven de achterstanden verder oplopen. UWV heeft de afgelopen maanden intensief overlegd met de minister van SZW over mogelijke oplossingen.
In de brief die de minister naar de Tweede Kamer heeft gestuurd staat een groot aantal extra maatregelen die UWV zelf gaat nemen en die ook vanuit UWV zijn bedacht en ontwikkeld. Zo gaat UWV zich nog meer inspannen om mensen zonder werkgever vroegtijdig te begeleiden en te re-integreren naar werk, zodat ze uiteindelijk geen WIA-aanvraag hoeven te doen. Ook worden er maatregelen genomen om de tijd die een verzekeringsarts nodig heeft voor een beoordeling te verkorten. ‘UWV doet al veel om de achterstanden terug te dringen, maar er is nog meer mogelijk en daarom gaan we nog een tandje bijzetten’, aldus Hirscher. ‘Ik zie dat medewerkers daar al heel veel energie en denkkracht in steken Vanuit de Raad van Bestuur gaan we hen daarbij volop ondersteunen.’
De minister kondigt ook (tijdelijke) buitenwettelijke maatregelen aan die dit najaar moeten ingaan. De belangrijkste daarvan is dat 60-plussers die twee jaar ziek zijn niet langer standaard beoordeeld worden door een verzekeringsarts om te bepalen of ze in aanmerking komen voor een arbeidsongeschiktheidsuitkering. De vereenvoudigde WIA-beoordeling wordt dan gedaan door een arbeidsdeskundige.
Hirscher: ‘Deze maatregel geeft deze groep mensen sneller zekerheid. Van belang is dat dit altijd gebeurt met instemming van werkgever en werknemer en dat zij daardoor niet benadeeld worden. Bovendien zetten we bij deze mensen juist extra in op re-integratie.’
Ook krijgt UWV toestemming om gedurende vijf jaar geen herbeoordeling uit te voeren van mensen in de IVA en in de Wajong, die duurzaam volledig arbeidsongeschikt zijn verklaard en die er ondanks hun beperkingen in zijn geslaagd betaald werk te krijgen.
Het gaat hier om (tijdelijke) buitenwettelijke maatregelen. ‘Het is goed om te zien dat intensief overleg tussen UWV, SZW en partijen zoals de beroepsvereniging van verzekeringsartsen NVVG nu tot deze stap heeft geleid. Dat helpt ons enorm.’ UWV is druk bezig met de voorbereidingen om deze maatregelen per 1 oktober te kunnen implementeren.
Hirscher: ‘We doen dit allemaal voor onze cliënten die nu veel te lang moeten wachten op een sociaal-medische beoordeling en daardoor te lang in onzekerheid zitten. De nu aangekondigde maatregelen zorgen ervoor dat we een begin kunnen maken met het terugdringen van de achterstanden. Maar het is voor de komende jaren nog niet voldoende. Daarvoor is het essentieel dat ook de maatregelen voor de middellange termijn die de minister aankondigt worden doorgevoerd.’
Het gaat dan om twee maatregelen. Voor mensen die ten tijde van de WIA-beoordeling al weer (gedeeltelijk) werken en inkomsten hebben is het plan om de mate van arbeidsongeschiktheid alleen te bepalen op basis van het daadwerkelijke inkomensverlies. Een sociaal-medische beoordeling is dan niet meer nodig. Daarnaast is er het voorstel om mensen die langer dan vijf jaar volledig arbeidsongeschikt zijn ook duurzaam arbeidsongeschikt te verklaren (IVA), zonder herbeoordeling door een verzekeringsarts. Ook dit levert veel beoordelingscapaciteit op die elders ingezet kan worden.
Beide maatregelen moeten nog verder worden uitgewerkt en door de Tweede Kamer worden goedgekeurd. Hirscher: ‘Maar om te zorgen dat we uiteindelijk alle beoordelingen weer binnen de wettelijke termijn kunnen doen, zijn ze onontbeerlijk. We hopen zo snel mogelijk hiermee aan de slag te kunnen, al dan niet eerst in de vorm van een pilot.’
UWV gaat in opdracht van de minister ook de al eerder ingezette maatregelen die gericht zijn op de efficiëntere inzet van de verzekeringsarts versneld opschalen. Kern daarvan is het opzetten van Sociaal Medische Centra waar gewerkt wordt met een regiemodel: medewerkers werken in een multidisciplinair team onder regie en verantwoordelijkheid van de verzekeringsarts; zij bepalen zelf met elkaar hoe het beoordelingsproces en de re-integratie-inspanningen worden ingericht binnen de geldende kaders. Samen kijken ze wat een cliënt nodig heeft. Doel van de nieuwe werkwijze is een betere aansluiting bij de wensen en behoeften van de uitkeringsgerechtigden.
Hirscher: ‘De ervaringen in de vier proeftuinen waar al zo gewerkt wordt, Tilburg, Heerlen, Rijnmond en Breda, zijn positief. Medewerkers ervaren meer werkplezier, cliënten zijn tevredener. En deze manier van werken zorgt ervoor dat we met hetzelfde aantal artsen meer cliënten kunnen beoordelen en begeleiden. We gaan dit daarom nu versneld invoeren in het hele land.’
In de brief kondigt de minister ook iets te willen doen aan de ‘hardheden’ in de WIA en een onafhankelijke commissie in te willen stellen die onderzoek moet doen naar een toekomstbestendig stelsel rond ziekte en arbeidsongeschiktheid. Hirscher: ‘Dat steunen wij van harte. UWV heeft in de knelpuntenbrief gewezen op de onbedoelde negatieve financiële gevolgen die de huidige wetgeving heeft voor sommige mensen. Ook in onze Maatwerkplaats lopen we regelmatig tegen hardvochtigheden in de wet aan. Als je daarnaast ziet hoe groot de druk op de uitvoering is en blijft, dan is het goed dat we niet alleen nu maatregelen nemen om de achterstanden aan te pakken, maar echt kijken naar hele stelsel van de WIA: hoe we daar enerzijds de menselijke maat meer centraal kunnen stellen en anderzijds kunnen zorgen voor simpelere en dus beter uitvoerbare wet- en regelgeving.’