Frank Verduijn, arbeidsmarktadviseur van UWV: “Na het tweede kwartaal van 2022 koelde de arbeidsmarkt langzaam maar zeker iets af. De Spanningsindicator daalde drie kwartalen op rij. Door seizoenseffecten kwam daar in het tweede kwartaal van 2023 verandering in. In aanloop naar de zomer ontstaat er in bepaalde sectoren, zoals bijvoorbeeld de landbouw, horeca en bouw, namelijk vaak meer werk.” Er waren er dus (iets) meer vacatures en minder kortdurend werkzoekenden om die te vervullen, waardoor de krapte toenam.
Ook op regionaal niveau is merkbaar dat de krapte in het 2e kwartaal van 2023 toenam. Uit regionale gegevens van de Spanningsindicator blijkt dat de spanning ten opzichte van een kwartaal eerder in 28 van de 35 regio’s steeg. De sterkste procentuele stijging deed zich voor in:
- Drenthe
- Noord-Limburg
- Friesland
- Groningen
Aan het eind van het 2e kwartaal van 2023 kwam het aantal regio’s met een ‘zeer krappe’ arbeidsmarkt hierdoor uit op 25. In de overige 10 arbeidsmarktregio’s was sprake van een ‘krappe’ arbeidsmarkt.
Volgens de Spanningsindicator was de krapte op de arbeidsmarkt in 2e kwartaal van 2023 het grootst in:
- Midden-Utrecht
- Zeeland
- Zuidoost-Brabant
In deze regio’s gaf de Spanningsindicator een waarde tussen de 7 en 8 aan. Dat wil zeggen dat er per kortdurend werkzoekende ruim 7 vacatures openstonden.
UWV berekent ieder kwartaal de arbeidsmarktspanning voor 93 beroepsgroepen. Voor maar liefst 90 van die beroepen gold aan het einde van het tweede kwartaal van 2023 een ‘krappe’ of zelfs ‘zeer krappe’ arbeidsmarkt. De enige uitzondering werd gevormd door 3 beroepsgroepen met ‘gemiddelde’ spanning, oftewel ongeveer evenveel openstaande vacatures als werkzoekenden:
- Chauffeurs auto's, taxi's en bestelwagens
- Hulpkrachten bouw en industrie
- Reisbegeleiders
Voor deze 3 beroepsgroepen gold wel dat de spanning in vergelijking met het voorgaande kwartaal toenam. Met name bij reisbegeleiders en hulpkrachten bouw en industrie speelde het seizoen daarin een grote rol.
De krapte op de arbeidsmarkt houdt voorlopig aan. Werkgevers zullen dus creatief te werk moeten gaan bij de werving en behoud van personeel. Er zijn verschillenden manieren waarop bedrijven een personeelstekort kunnen oplossen. Eén daarvan is nieuw talent aanboren. Zo kon Kornee van Terheijden maar moeilijk personeel vinden voor zijn rioleringsbeheerbedrijf. Daarom begon hij een opleidingscentrum met behulp van een SLIM-subsidie. Dat groeide uit tot een opleidingscentrum voor de hele branche. Aspirant-rioolservicemonteurs uit het hele land leren in Bergen op Zoom de kneepjes van het vak. ‘85 procent van de cursisten werkt nu bij een rioleringsbeheerbedrijf.’