Deze nota geeft inzicht in de bouwstenen waarmee UWV per werkgever de gedifferentieerde premies voor de regeling Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA) en de Ziektewet voor het premiejaar 2024 berekent. De Belastingdienst stuurt eind 2023 aan elke grote en middelgrote werkgever een beschikking met de individueel gedifferentieerde premies en aan elke kleine werkgever een mededeling met de sectorale premies. Voor eigenrisicodragers zijn deze premies nihil.
Het gemiddelde premiepercentage voor de WGA in 2024 daalt ten opzichte van 2023 met 0,1 procentpunt. Dit is vooral het effect van een verlenging naar 2024 van de zogeheten 60‑plus maatregel. UWV biedt 60‑plussers die een WIA-uitkering hebben aangevraagd sinds eind oktober vorig jaar een vereenvoudigde claimbeoordeling aan. De WGA-uitkeringslasten voor 60‑plussers worden sindsdien niet betaald uit de Werkhervattingskas maar uit het Arbeidsongeschiktheidsfonds. Een verlenging van de 60‑plusmaatregel betekent dus lagere lasten voor de Werkhervattingkas en daarmee ook een gemiddeld lagere premie. De lagere uitkeringslasten als gevolg van de 60‑plusmaatregel komen ook tot uitdrukking in de sectorale WGA-premies. De premie daalt voor 59 sectoren, blijft gelijk voor 2 sectoren en stijgt voor 6 sectoren.
Het gemiddelde premiepercentage voor de Ziektewet daalt in 2024 ten opzichte van 2023 met 0,21 procentpunt. Dit komt vooral doordat een aantal grote uitzendbedrijven per 2023 is overgestapt naar het eigenrisicodragerschap. Ook de nieuwe cao voor uitzendkrachten is van invloed. Door deze nieuwe cao zal naar verwachting de instroom in de Ziektewet van uitzendkrachten met uitzendbeding afnemen, waardoor ook de uitkeringslasten voor de Werkhervattingskas afnemen. Doordat de premiebaten in de periode 2019–2021 onvoldoende waren om alle lasten voor de Ziektewet te dekken, is er sprake van een negatief Ziektewet-vermogen binnen de Werkhervattingskas. Sinds 2022 wordt dit vermogenstekort ingelopen. Ook voor 2024 is de Ziektewetpremie hoger dan lastendekkend vastgesteld om het vermogenstekort verder terug te brengen. De dalende trend van het gemiddelde premiepercentage is ook zichtbaar in de ontwikkeling van de sectorale percentages van de Ziektewet. De sectorale premie daalt bij 48 sectoren, bij 3 sectoren blijft de premie gelijk en bij 16 sectoren stijgt deze.
Sinds 2017 is het aandeel eigenrisicodragers voor de WGA in de totale loonsom van alle werkgevers vrijwel stabiel. In 2023 komt dit aandeel naar verwachting uit op 38% van de totale loonsom. Voor 2024 veronderstellen we dat het aandeel eigenrisicodragers stabiel blijft. Bij de Ziektewet is sinds de invoering van de premiedifferentiatie in 2014 een gestage toename van het eigenrisicodragerschap zichtbaar. Voor de sector Uitzendbedrijven is het aandeel in de loonsom van eigenrisicodragers in 2023 65%, bij de overige bedrijven 47%. In 2022 was het aandeel bij de uitzendbedrijven nog 50%. De relatief grote stijging van het aandeel eigenrisicodragers bij uitzendbedrijven wordt veroorzaakt door de eerder genoemde overstap van een aantal grote uitzendbedrijven naar het eigenrisicodragerschap per 1 januari 2023.