Eerdere pilots lieten op kleine schaal zien dat inclusieve technologie meerwaarde heeft voor de arbeidsparticipatie van mensen met voornamelijk fysieke belemmeringen. Maar is het ook mogelijk om dergelijke positieve praktijkervaringen op grotere schaal en voor een bredere doelgroep te realiseren? Dit is getest in acht nieuwe pilots waarbij technologie ondersteuning bood op het werk, bij studie of re‑integratie.

Onderzoek naar deze pilots leverde de volgende conclusies en inzichten op:

  • Groei en verbreding van praktijkervaringen met inclusieve technologie is binnen de pilots gerealiseerd. In totaal hebben 223 mensen met verschillende arbeidsmarktposities de technologie getest: regulier werkenden (22%), medewerkers uit de Sociale Werkvoorziening (SW, 44%), werklozen die vallen onder de Participatiewet (17%) en studenten (16%).
  • De inzet van technologie leverde positieve resultaten op voor de arbeidsparticipatie. Meerdere deelnemers rapporteerden meer werkplezier (zoals betere werkrelaties en meer zelfvertrouwen), een verhoogde arbeidsproductiviteit (door taakuitbreiding of efficiënter werken) en een betere ervaren gezondheid (bijvoorbeeld door minder vermoeidheid).
  • De duur van de pilots bleek te kort om ook resultaten in kaart te brengen ten aanzien van het vinden van (nieuw) werk. Daarnaast richtten de meeste pilots zich op het verbeteren van een bestaande (SW‑)baan. Toekomstig onderzoek zou langeretermijneffecten in kaart moeten brengen om zo ook de financiële baten beter inzichtelijk maken.
  • Om de benutting van inclusieve technologie verder te stimuleren is het belangrijk om werkgevers te ontzorgen bij praktische implementatievraagstukken zoals rondom financiering. UWV is samen met partners bezig een programma op te stellen dat onder andere dit punt oppakt.