De onderzoeksbureaus SEOR en Intelligence Group hebben in opdracht van UWV onderzocht hoe vaak WW’ers zelfstandig ondernemen naast en vanuit een WW‑uitkering, hoeveel ze ermee verdienen en welk aandeel na een aantal jaren nog steeds actief is.
- In de onderzochte periode (2011–2016) startten per jaar gemiddeld 44.000 mensen naast of (kort) na een WW-uitkering als ondernemer.
- Een kwart van alle ondernemers vanuit de WW maakt gebruik van de startersregeling. De rest onderneemt op basis van de urenverrekening naast de WW of start pas na beëindiging van de WW met zelfstandige werkzaamheden.
- Startende ondernemers zijn een speciale groep WW’ers: ze zijn veel vaker hoogopgeleid, ‘mid-careers’, zonder migratieachtergrond en hebben gemiddeld een hoger inkomen vóór instroom in de WW dan de gemiddelde WW’er. WW’ers die relatief kansrijk zijn op de arbeidsmarkt zetten dus vaker de stap naar het ondernemerschap.
- Het gemiddelde ondernemersinkomen van de starters vanuit de WW is tamelijk laag, maar is vergelijkbaar met dat van alle startende ondernemers in Nederland.
- Meer dan 70% is 2 jaar na de start nog steeds actief als ondernemer.
- Van de starters die niet doorgaan als zelfstandige gaat de meerderheid weer werken in loondienst 14% valt terug in een uitkeringssituatie (WW of bijstand).
- Kort na de wijziging in de startersregeling is het gebruik ervan iets gedaald. De kans dat WW’ers vanuit de startersregeling daadwerkelijk starten als ondernemer en dat ze 2 of 3 jaar na de start nog steeds actief zijn als ondernemer, is gegroeid.
Dit UWV Kennisverslag is gebaseerd op het SEOR-rapport Als ondernemer uit de WW.