Kamerleden spraken hun irritatie uit over het feit dat het probleem nu pas bekend is geworden, terwijl het teruggaat tot 2020, en willen weten hoe groot het probleem is. Minister Van Hijum snapt de gevoelens, maar kon nog geen antwoord geven op de vraag. Hij vroeg de Kamer om geduld, omdat de uitkomsten van het onderzoek (het zogenoemde Verbeterplan) van UWV in november worden verwacht.
Diverse Kamerleden dringen aan op een spoedige afhandeling, terwijl anderen juist eerst het onderzoek van UWV willen afwachten om de volledige omvang van het probleem in beeld te krijgen. Belangrijk hierbij zijn de mogelijke terugvorderingen. De minister gaf aan dat hij - net als UWV - terughoudend wil zijn bij het terugvorderen van eventueel te hoge uitkeringen. Alleen wanneer het overduidelijk is dat de uitkering te hoog was, bijvoorbeeld wanneer iemand een uitkering kreeg die hoger is dan het loon, kan er sprake zijn van een terugvordering. Daarover bestaat nog verdeeldheid in de Kamer.
De Kamer was ook kritisch op de eigen rol. Het systeem van de WIA is bijzonder ingewikkeld. Dat is al geruime tijd bekend en ook UWV heeft via Knelpuntenbrieven en langs andere wegen geregeld aangegeven dat de wet complex is. Het huidige kabinet heeft al aangegeven het stelsel van arbeidsongeschiktheid te willen vereenvoudigen en dat werd in het spoeddebat nog eens herhaald.
De Kamer vroeg de minister verder of deze problematiek ook speelt bij andere uitkeringen die UWV verstrekt, zoals Wajong en WW. De minister gaf aan dat hij daar nog op terugkomt.
Zie ook het nieuwsbericht van 4 september: