De commissie heeft de afgelopen twee jaar onderzocht hoe de overheid fraude bestrijdt en wat daarbij niet goed is gegaan in de dienstverlening aan en de rechtsbescherming van burgers. Naast dossieronderzoek, is ook een aantal betrokken onder ede gehoord, zoals politici, oud-bewindslieden en vertegenwoordigers van uitvoeringsorganisaties als Belastingdienst, Dienst Toeslagen en UWV.
Er is onderzoek gedaan naar 30 jaar fraudebeleid, de belangrijkste gebeurtenissen en cruciale momenten in het proces. Speciale aandacht heeft de commissie gehad voor de rol van de Tweede Kamer het gebruik van (discriminerende) risicoprofielen en het uitwisselen van informatie en gegevens.
De titel van het rapport is ‘Blind voor mens en recht’. Dat is de kern van wat er volgens Van Nispen is gebeurd: ‘In al die jaren zijn door de overheid grondrechten van mensen geschonden en is de rechtsstaat terzijde geschoven.’
Het onderzoek toont aan dat de strenge fraudewetgeving in de praktijk destijds buitengewoon hard uitpakte en leidde tot ongewenste en zeer schrijnende situaties. De strenge wetgeving waar het gaat om handhaving en fraudebestrijding, vindt zijn oorsprong in de politieke keuzes en het politieke klimaat van de afgelopen 20 jaar. In de praktijk heeft dit voor cliënten van UWV stevige consequenties gehad en dat heeft tot ongewenste en schrijnende situaties geleid. Het strenge regime van de fraudewet bood weinig ruimte om ruimhartig om te gaan met de situatie en te volstaan met een waarschuwing in plaats van een boete. Inmiddels heeft UWV die periode al weer een aantal jaar achter zich gelaten en is er veel veranderd in ons handhavingsbeleid. We passen ook al jaren dienstverlening met meer oog voor toepassing van de menselijke maat toe en richten ons op preventie.
De huidige wet- en regelgeving is al zeer complex en soms moeten wij cliënten helpen met de bedoeling van al die ingewikkelde regels. Het is daarbij belangrijk de burger te kunnen beschermen bij ingewikkelde situaties en rekening te kunnen houden met hun omstandigheden. Het is belangrijk dat de wetgeving meer ruimte biedt voor medewerkers om naar bedoeling van de wet te kunnen handelen. Op die manier kun je ervoor zorgen dat je in sociale zekerheid en ook in de handhavende taak van UWV je de menselijke maat kunt blijven toepassen. Over die ruimte en de complexiteit van wet- en regelgeving is UWV intensief in gesprek met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.