Beslishulp ondersteunt re-integratieprofessionals bij WIA/WGA-dienstverlening
Hoe begeleid je mensen met een arbeidsbeperking effectiever terug naar werk? Onderzoeker Christa de Geus ontwikkelde een wetenschappelijke onderbouwde ‘beslishulp’ die UWV-professionals ondersteunt bij het leveren van persoonlijke, wetenschappelijk onderbouwde dienstverlening.
‘Met de beslishulp kun je gericht dienstverlening inzetten die bij de specifieke situatie van de cliënt past. Hiermee is het geen kwestie van schieten met hagel, maar van maatwerk bieden’, aldus De Geus, die haar promotieonderzoek uitvoerde bij Amsterdam UMC. Zij verdedigde op 13 februari 2025 haar proefschrift Evidencebased re-integratiedienstverlening. Na 7 jaar onderzoek heeft De Geus, onderzoeker bij Onderzoekcentrum Drechtsteden, aangetoond dat een digitale beslishulp waardevol is voor re-integratieprofessionals. Die helpt hen om in kaart te brengen welke factoren de terugkeer naar werk bevorderen of belemmeren bij cliënten met een WIA/WGA-uitkering. De beslishulp helpt ook bij het kiezen van bij de cliënt passende re-integratiedienstverlening én het ondersteunt het samen beslissen.
Hoe werkt de beslishulp?
‘De beslishulp werkt met kenmerken die gebaseerd zijn op wetenschappelijk onderzoek én praktijkervaring’, legt De Geus uit. ‘Het is bekend welke factoren een rol spelen bij terugkeer naar werk voor mensen die langdurig ziek zijn. De belangrijkste zijn de motivatie om terug te keren naar werk, de ziekteperceptie en in hoeverre iemand al deelneemt aan de maatschappij. In een gesprek tussen professional en cliënt worden de belangrijkste belemmerende factoren besproken. Vervolgens wordt gezamenlijk een keuze gemaakt welke factoren in de re-integratiedienstverlening aan bod moeten komen. En op basis van die belemmerende factoren geeft de beslishulp ook aanbevelingen voor passende dienstverlening.’ De Geus geeft een voorbeeld: ‘Uit een vragenlijst bleek bijvoorbeeld dat een cliënt weinig belang hechtte aan werk. Dat is een factor die de terugkeer naar werk belemmert. De beslishulp kwam met 3 voorstellen voor passende re-integratiedienstverlening: ervaring opdoen op de werkvloer, het bevorderen van de maatschappelijke deelname en het verbeteren van het zelfbeeld en de zelfkennis. De professional en de cliënt kozen gezamenlijk voor de laatste aanpak om deze belemmerende factor aan te pakken.’
Cliënt werkt mee
De beslishulp begint met een vragenlijst die de cliënt invult vóór het eerste gesprek met de re-integratieprofessional van UWV. De professional heeft hierdoor al voorkennis van de situatie van de cliënt en de mogelijke belemmeringen voor werkhervatting. Die aanpak past goed binnen de UWV-strategie voor meer menselijke maat in de dienstverlening. ‘Uit ons onderzoek blijkt dat cliënten hier erg positief over zijn. Ze gaven aan de vragenlijst prettig te vinden om zicht te krijgen op hun eigen situatie en om die vervolgens te bespreken met de UWV-professional. Cliënten willen graag gehoord worden en meedenken over beslissingen bij hun re-integratieproces. Dat blijkt sowieso uit de algemene wetenschappelijke literatuur. De beslishulp ondersteunt deze behoefte door de cliënt actief te betrekken.’
Sparringpartner, geen vervanging
Ook professionals bleken enthousiast over de beslishulp. ‘Dat hoopte ik natuurlijk al, toch was het spannend om te zien hoe professionals zouden reageren op zo’n beslishulp’, vertelt De Geus. De beslishulp moet niet gezien worden als vervanging van de professional, maar als ondersteunende tool. ‘Het is een sparringpartner die helpt bij de gedachtevorming. De tool geeft een voorstel voor passende dienstverlening. Daarna beslist de professional samen met de cliënt wat er uiteindelijk gebeurt.’ Dit blijkt vooral waardevol bij complexe casussen. ‘Als je een cliënt hebt met een ingewikkelde situatie, is het fijn om wat extra hulp te hebben. En sommige professionals zien ook de meerwaarde ervan voor nieuwe collega’s. De beslishulp ondersteunt het methodisch werken, om stap voor stap te komen tot de meest passende aanpak voor de cliënt’, aldus De Geus.
Implementatie en training
Hoewel het onderzoek veelbelovende resultaten laat zien, is er nog werk aan de winkel voordat de beslishulp breed kan worden ingezet. ‘Een belangrijk punt is integratie in de IT-systemen van UWV’, zegt De Geus. ‘Wij gebruikten een interactieve Excel, maar dat werkte niet optimaal binnen de UWV-omgeving. Daar moet aan gewerkt worden.’
Daarnaast is training van professionals essentieel. ‘Professionals hebben behoefte aan een blijvende training en intercollegiale toetsing om casuïstiek te bespreken. Niet alleen een eerste sessie, maar ook de mogelijkheid om gaandeweg met collega’s te blijven sparren over de inzet van de beslishulp’, legt De Geus uit. ‘Zo zet je met collega’s de neuzen in dezelfde richting en wordt de dienstverlening steeds een stukje beter.’
Vervolgonderzoek naar effectiviteit
Het proefschrift van De Geus roept ook nieuwe vragen op voor vervolgonderzoek. ‘De wetenschappelijke literatuur over mensen die al langdurig – meer dan 2 jaar – thuis zitten, is heel beperkt’, licht ze toe. ‘We weten nog niet goed welke re-integratiedienstverlening nu echt effectief is voor deze groep.’ Een andere belangrijke vraag voor vervolgonderzoek is in hoeverre de beslishulp daadwerkelijk bijdraagt aan de terugkeer naar werk. ‘Wij hebben gekeken naar de haalbaarheid van implementatie en de tevredenheid van professionals en cliënten. De volgende stap is onderzoeken of het instrument ook effectief is om mensen weer aan het werk te helpen’, aldus De Geus.
Evidencebased re-integratiedienstverlening
De titel van het proefschrift, Evidencebased re-integratiedienstverlening, verwijst naar het belang van werken aan re-integratie op basis van (wetenschappelijke) kennis en bewezen effectieve methoden. Door de dienstverlening aan mensen met een arbeidsbeperking te professionaliseren en meer te werken op basis van maatwerk, kan de kwaliteit van de WGA-dienstverlening verbeterd worden. Hierdoor stromen hopelijk meer mensen uit richting werk. De Geus. ‘Voor mij persoonlijk gaat het erom iemand te helpen ergens zijn plekje te vinden en zich weer belangrijk te voelen. Dat je meedoet, dat je bijdraagt. Met de beslishulp hoop ik een bijdrage te leveren aan dat doel: de dienstverlening te verbeteren zodat mensen met een arbeidsbeperking beter geholpen worden om weer deel te nemen aan het arbeidsproces, op een manier die bij hen past.’
Het onderzoek van dr. Christa de Geus is een promotieonderzoek in het kader van de door UWV gesponsorde leerstoel van prof. Han Anema. Het onderzoek is daarnaast ingebed bij het Kenniscentrum Verzekeringsgeneeskunde (KCVG) en UWV dat onderzoeken initieert op het gebied van arbeid en gezondheid om de UWV-dienstverlening te verbeteren. Het KCVG is een samenwerkingsverband tussen Amsterdam UMC (afdeling Public & Occupational Health), UMC Groningen (afdeling Gezondheidswetenschappen) en UWV (divisie Sociaal-medische zaken).
Heeft u vragen of opmerkingen over het promotieonderzoek? Neem dan contact met Maaike Huijsmans.