‘Drie kwartalen op rij, tot en met het derde kwartaal van 2023, vertoonde de Nederlandse economie een krimp. In tegenstelling tot vorige recessies, reageerde de arbeidsmarkt in 2023 amper op de economische krimp: het aantal vacatures bleef hoog in relatie tot het aantal werklozen, namelijk gemiddeld 119 vacatures per 100 werklozen. Ter vergelijking: in 2008–2009 waren er volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek in de drie krimpkwartalen gemiddeld 47 vacatures per 100 werklozen. Dit bewijst eens te meer hoe groot en uniek de huidige krapte eigenlijk is.’
‘Met overheidssteun zijn veel bedrijven overeind gebleven, ook bedrijven die mogelijk niet levensvatbaar waren. Er gingen dus veel minder bedrijven failliet dan vóór corona. Toen de pandemie voorbij was, had deze overheidssteun als gevolg dat er een veel sterkere toename van economische activiteiten ontstond dan in de landen om ons heen. Langzaamaan zien we nu de naweeën van de pandemie. Bedrijven die het toch niet kunnen volhouden, gaan nu failliet. Mede doordat de kosten zijn gestegen, in de detailhandel bijvoorbeeld. Dit heeft gevolgen voor de werkgelegenheid.’
‘De vergrijzing leidt tot vacatures ter vervanging van werknemers die met pensioen gaan. Dit is nu nog geen hoofdoorzaak van de arbeidsmarktkrapte, maar de komende jaren zal vergrijzing wél dominanter worden als oorzaak. Waarschijnlijk wordt 2027 het kanteljaar, waarin de vergrijzing steeds meer de economie zal gaan bepalen.’
‘In 2024 zal het aantal nieuwe vacatures dalen, te wijten aan de minder goed draaiende economie. Het Centraal Planbureau (CPB) berekende weliswaar een lichte economische groei van 0,7% in 2023, maar gezien de krimp van de eerste drie kwartalen, is het nog maar de vraag of dat percentage zal worden gehaald. Personeelskrapte remt de groei van economische bedrijvigheid. Ondanks de economische krimp van de afgelopen kwartalen noemt nog steeds 40% van de bedrijven krapte als de belangrijkste reden om niet te kunnen groeien. Voor 20% is een teruglopende consumentenvraag de grootste belemmering.’
‘Er is een aantal factoren die van invloed zijn op de arbeidsmarktontwikkelingen voor het komende jaar (en de jaren erna). Denk aan de ontwikkeling van de economie, de hoogte van de inflatie, de gebeurtenissen in de wereld en de prioriteiten die een nieuw kabinet zal stellen. Heel belangrijk is ook de ontwikkeling van de industrie. Want hoewel Nederland steeds meer een diensteneconomie heeft, is onze industrie een cruciale factor in de economie en dus ook in de arbeidsmarktontwikkelingen. Daar gaat het op dit moment niet zo goed. Als dit langer duurt, dan heeft dat effect op andere sectoren.’
‘Door de opkomst van generatieve AI zullen er banen verdwijnen, veranderen én er zullen nieuwe ontstaan. Een baan is een bundeling van taken, en in de ene functie zal meer veranderen dan de andere. Je continu blijven ontwikkelen (LLO – leven lang ontwikkelen) wordt wellicht belangrijker dan ooit, om bij te blijven en/of om tijdig over te stappen naar een andere baan. AI kan helpen om de werkenergie en dus ook de productiviteit van mensen te verhogen. De wat meer eenvoudige, eentonige klussen kunnen veel efficiënter worden gedaan. Dat hoeft niet per sé altijd tot baanverlies te leiden. We zullen vooral moeten kijken naar wat AI kan overnemen en wat de mens zo bijzonder maakt: vaardigheden als kritisch denken, creativiteit, emotionele intelligentie, ethiek én passie.’
‘Werkzoekenden zullen assertief moeten zijn en initiatief moeten nemen in hun zoektocht naar een baan. Bij het overwegen van een overstap is het verstandig alert te zijn op beroepen en sectoren die de meeste kans op een baan bieden. Werkgevers zullen zich in plaats van op werving meer moeten focussen op het behoud van werknemers. En bereid moeten zijn om daarin te investeren. In 2024 zullen er mogelijk iets meer kandidaten op een vacature reageren, maar de krapte op de arbeidsmarkt blijft aanhouden en de concurrentie is groot. Werkgevers moeten laten zien dat ze voor werknemers een fijne werkomgeving creëren en voldoende mogelijkheden bieden om hun werk meer op maat te snijden, zodat het optimaal aansluit bij hun persoonlijke behoeftes en interesses. Boeien en binden, en de functies iets anders inrichten: dat is belangrijk.’